Boeren met toekomst

Het is belangrijk dat WUR na jaren van centralisatie nu weer gaat investeren in de regio.
Door muizenvraat gaat bij strokenteelt veel oogst verloren, vooral op de smalle stroken. Illustratie Valerie Geelen

De landbouw van de toekomst moet anders. De mogelijkheden worden uitgetest bij de Boerderij van de Toekomst in Lelystad. En in de loop van dit jaar ook elders. ‘In de Veenkoloniën willen we bestaande perceelsvariatie benutten, en niet doorkruisen met strokenteelt.’

Op het twintig hectare grote terrein aan de Edelhertweg in Lelystad is in de winter niet veel te zien. De gewassen zijn grotendeels de grond uit. Voor zover het natte najaar dat toeliet tenminste. De teeltmethode daarentegen springt ook op deze koude winterdag meteen in het oog. Dit is geen gewoon grootschalig landbouwperceel; hier wordt geteeld in stroken.

De Boerderij van de Toekomst, dat is toch strokenteelt? Pieter de Wolf zucht lichtjes. Hij herkent het beeld. Tsja, die stroken. ‘Die smalle stroken zijn heel beeldbepalend. Het positieve is dat we daarmee iets hebben neergezet dat er vernieuwend uitziet. Het negatieve is dat we nu al vier jaar ons best doen om aan te geven dat de Boerderij van de Toekomst meer is dan die teelt in smalle stroken. We hebben hier ook stroken van 16 meter, maar fotografen storten zich altijd op die smalle stroken.’ Maar hij snapt het wel. ‘Het ís ook een prachtig gezicht. Acht gewassen naast elkaar, in stroken van drie meter breed. Al die verschillende kleurschakeringen.’

De Wolf is met collega-projectleider Wijnand Sukkel de geestelijk vader van de Boerderij van de Toekomst. Het concept ontstond in 2019. ‘Er waren op dat moment drie proeven aan de gang: een met strokenteelt, een met kerende en niet-kerende grondbewerking en eentje over duurzame gewasbescherming.

Het afgelopen natte jaar stond geen water op het perceel

Wijnand bedacht toen met een aantal collega’s: eigenlijk is dit een proeftuin voor agro-ecologie en -technologie. De naam was een communicatiestrik om een aantal bestaande experimenten. Ambtenaren van het ministerie van LNV kwamen een paar keer op bezoek en toen ontstond de naam Boerderij van de Toekomst.’

Die naam bleek communicatief een schot in de roos. Al sinds de officiële start in 2020 — online, want in coronatijd — trekt het project veel aandacht. ‘Corona was een kans’, blikt De Wolf terug. ‘Alles moest online en daardoor zijn we vanaf dag één via X gaan delen wat we op het veld deden. Een wekelijkse update met foto’s erbij. Dat leidde al snel tot een grote groep volgers uit de landbouw. We kregen veel media-aandacht. Het beeld van die strokenteelt is daardoor ontstaan. Dat is heel beeldbepalend geweest voor de Boerderij van de Toekomst.’

Geen blauwdruk

Op de keper beschouwd dekt die naam de lading niet. Wie in de polder naar de Boerderij van de Toekomst zoekt, kan lang zoeken. Die boerderij is er niet. Het project draait om systeemonderzoek, waar nieuwe manieren van boeren worden beproefd die mogelijk een oplossing bieden voor de huidige problemen in de landbouw. ‘Niet dé oplossing, maar een oplossing’, zegt De Wolf met nadruk. ‘Het gaat uitdrukkelijk niet om een blauwdruk voor dé Boerderij van Toekomst,  maar om een verkenning van een aantal mogelijkheden voor de landbouw van de toekomst in dit gebied. Wij zijn hier niet samen met LNV de toekomstige landbouw in Flevoland of Nederland aan het bepalen. Op het moment dat mensen het gevoel hebben – en bij boeren speelt dat heel sterk – dat anderen hun toekomst aan het bepalen zijn, komt er verzet.’

Eén uniforme toekomst voor de landbouw is volgens De Wolf ook helemaal niet mogelijk. ‘Strokenteelt is een ontwerp voor dit gebied en voor de omstandigheden hier in de polder. De grond bestaat hier uit vruchtbare klei, de verkaveling is in rechte lijnen. Wat zijn hier de uitdagingen de komende tien, vijftien jaar en wat zijn de mogelijkheden?

Het is belangrijk dat WUR gaat investeren in de regio

Verdichting van de bodem is hier een groot probleem. Gewasgezondheid is een uitdaging: hoe maak je met minder middelen toch een goed product. En kun je productieve landbouw combineren met een grotere biodiversiteit? Diversiteit in gewassen is mogelijk een antwoord daarop. Wij hebben voor teelt in stroken van minimaal drie meter gekozen als een meest praktische vorm van gewasdiversiteit.’

De stroken in de polder zijn smal (3 meter) of breed (16 meter). In beide opstellingen zijn rotaties van zeven gewassen verwerkt: vier rooigewassen (vroege en late aardappel, ui en winterpeen) en drie maaigewassen (wintertarwe, veldboon en tweejarige grasklaver). De breedte van de smalle stroken is geënt op de bestaande machines. Het systeem kent ontegenzeggelijk voordelen. Door de diversiteit aan gewassen neemt bijvoorbeeld het aantal vogelsoorten flink toe. ‘De gekozen gewassen hebben allemaal hun eigen groeiseizoen’, legt De Wolf uit. ‘Er groeit dus altijd wel iets, zodat er jaarrond beschutting is voor vogels en andere dieren. In de gangbare akkerbouw wordt na de oogst een heel perceel omgeploegd en is alles weg. Bij strokenteelt bewerk je telkens maar een klein stukje.’ Strokenteelt is ook gecombineerd met vaste rijpaden, waardoor de teeltbedden niet worden bereden. ‘Met dit systeem rij je feitelijk altijd op hetzelfde stukje bodem. Je spaart de bodem dus voor verdichting. Binnen twee jaar zien we daarvan al effect: het afgelopen natte jaar stond geen water op het perceel. Dat is tamelijk uniek in dit gebied.’

Muizen

Maar tegenover die voordelen staan ook nadelen. Flinke nadelen zelfs. ‘We hebben hier een enorm muizenprobleem’, zegt De Wolf. ‘Dit systeem in Lelystad is niet alleen voor vogels fijn, het is ook een fantastisch systeem voor muizen. Ze hebben jaarrond een plek om te wonen en er is altijd eten. De populatie muizen groeit enorm.’ Dat wordt duidelijk als je even het land in loopt. De grond is geperforeerd met muizenholletjes. Links en rechts liggen aangevreten penen.

Wij bepalen hier niet samen met LNV de toekomstige landbouw in Flevoland of Nederland

Er gaat door muizenvraat veel oogst verloren, vooral op de smalle stroken. De Wolf: ‘De muizen maken hun holletjes in grasklaver. Op korte afstand staan de aardappelen en de peen. Gek genoeg eten ze vooral de buitenste rij op. En waar de peen grenst aan de grasklaver, zien we de grootste schade.’

De Wolf windt er geen doekjes om. ‘Ik ben niet tevreden over het stuk met de drie meter brede stroken in Lelystad, vergeleken met de bredere stroken. Landbouwkundig zie ik eigenlijk nauwelijks voordelen, de problemen met muizen zijn groter en het is met onze rijpadenmechanisatie veel lastiger uitvoerbaar. De door ons gekozen opzet met de bredere brede stroken heeft die nadelen veel minder, terwijl je nog steeds wel ecologische voordelen ziet. En wat mensen soms vergeten, is dat elk landbouwsysteem, ook strokenteelt, z’n eigen problemen heeft. Door het systeem aan te passen, los je sommige problemen op, maar krijg je vaak nieuwe problemen terug. Strokenteelt wordt wel eens als een soort silver bullet gezien. Maar there are no solutions, only trade-offs.’

Pieter de Wolf: ‘Het systeem kent ontegenzeggelijk voordelen. Door de diversiteit aan gewassen neemt bijvoorbeeld het aantal vogelsoorten flink toe en groeit er altijd wel iets, zodat er jaarrond beschutting is voor dieren. Foto Resource
Strokenteelt bij de Boerderij van de Toekomst in Lelystad. Foto OANEvents

Regio’s

Intussen is De Wolf betrokken bij initiatieven voor Boerderijen van de Toekomst in andere regio’s. Niet alleen in Flevoland, maar ook op zandgronden in Brabant, Limburg en Oost-Nederland, het veen in Drenthe, de klei in Groningen en in de Zuidwestelijke Delta dit jaar projecten van start of zijn in voorbereiding.

Dit systeem in Lelystad is niet alleen voor vogels fijn, het is ook een fantastisch systeem voor muizen

Het uitgangspunt is overal hetzelfde: oplossingen bieden voor specifieke regionale problemen en uitdagingen. De Wolf: ‘In de Veenkoloniën bijvoorbeeld is de bodemvariatie heel groot wat hoogteverschillen en gehaltes aan organische stof betreft. Daar hebben we in het ontwerp niet gekozen voor strokenteelt, omdat je de bestaande variatie doorkruist met nog meer variatie in gewassen. We willen die bestaande variatie juist benutten. Het waterschap wil bovendien het waterpeil verhogen. De lage delen worden dan te nat voor landbouw, maar de hoge juist productiever. Onze oplossing is om die lage delen uit productie te halen ten behoeve van bijvoorbeeld natuur of wateropslag en die hoge optimaal in te richten voor productie. Deze winter wordt zo’n perceel ingericht in Valthermond.’

Gaat daarmee de Boerderij van de Toekomst nationaal? Misschien wel, zegt De Wolf voorzichtig. ‘Er ontstaan in diverse regio’s initiatieven die nadrukkelijk de samenwerking met ons hebben gezocht. Het zijn zelfstandige projecten die informeel samenwerken, mogelijk onder de noemer Boerderij van de Toekomst. WUR is bij diverse initiatieven betrokken, vanuit bestaande WUR-locaties of als kennispartner. De komende jaren gaat er veel gebeuren in de regio’s. Het is belangrijk dat WUR na jaren van centralisatie nu weer gaat investeren in de regio. Te beginnen op de bestaande locaties.’

Lees ook:

Leave a Reply


Je moet inloggen om een comment te plaatsen.