Door er een spel van te maken, krijgen mensen meer plezier in bewegen en gaat het meer vanzelf. Universitair docent Ayla Schwarz onderzoekt hoe gamificatie buurtsportcoaches kan helpen om bewoners in de wijk letterlijk in beweging te krijgen.
Ayla Schwarz, universitair docent Implementation and Engagement in Digital Health, onderzoekt gamificatie-apps die als doel hebben om mensen te laten bewegen. ‘Vergelijk het met Pokémon Go, een app die in 2016 een hype veroorzaakte. Duizenden mensen gingen de straat op om virtuele Pokémon te vangen in parken en winkelstraten. Hoewel die Pokémon-app niet is ontwikkeld om gezondheid te bevorderen, zet het spel mensen wel aan tot bewegen. De puur wetenschappelijke apps, die zijn ontworpen vanuit een gedragsveranderingsperspectief, zijn vaak helemaal niet leuk om te spelen. Ik onderzoek hoe we games kunnen ontwerpen waarin wetenschappelijke kennis goed is verwerkt en die mensen wel graag willen spelen.’
Onlangs publiceerde Schwarz een onderzoek waarvoor ze met vijfentwintig buurtsportcoaches sprak over het gebruik van gamificatie in hun werk. ‘Een buurtsportcoach heeft vanuit de gemeente de taak om mensen – en vooral kinderen – in de buurt aan te zetten tot bewegen. Zij kennen de kinderen goed en zien ze regelmatig. Als zij gamificatie, spelelementen, in hun programma’s inbouwen, kunnen we in theorie veel jonge mensen gezonder maken’, zegt Schwarz. Tijdens de interviews bleek dat de buurtsportcoaches al wel gebruik maakten van spelelementen, zoals het uitdelen van punten aan kinderen die meedoen aan een activiteit, maar dat ze dat niet als gamificatie zagen en niet strategisch inzetten.’
Speurtocht
Mensen denken bij gamificatie al gauw aan grote, dure schermen of technologie, legt Schwarz uit. ‘Dat hoeft helemaal niet – het kan heel eenvoudig zijn, zoals verschillende kleinere opdrachten geven waarmee je punten of badges kunt verdienen.’ Ze noemt de app MissieMaster die is ontwikkeld door buurtsportcoaches en kinderen. ‘Met deze app kunnen buurtsportcoaches eenvoudig opdrachten maken waarmee kinderen punten kunnen scoren. Denk aan het ontwerpen van een GPS-speurtocht in de buurt of ze laten meedoen aan een bokstraining bij een club in de buurt om daarmee de vaardigheden van hun karakter in het spel te verbeteren. Dan combineer je de digitale en fysieke wereld op een laagdrempelige, speelse manier.’
Hoewel Pokémon Go niet is ontwikkeld om gezondheid te bevorderen, zet het spel mensen wel aan tot bewegen
Een belangrijk struikelblok voor de buurtsportcoaches voor het gebruik van gamificatietools, bleek het gebrek aan kennis over welke tools er zijn en wat ze kunnen. Ook het financiële aspect was een hindernis. Schwarz: ‘Vaak zijn er geen subsidies beschikbaar of is onduidelijk hoe je de subsidie kunt aanvragen voor een app of een andere tool.’ Ook kwam uit haar onderzoek naar voren dat vaak niemand de verantwoordelijkheid neemt om gamificatie breed onder de aandacht te brengen binnen de gemeente, waardoor initiatieven moeilijker van de grond komen en incidenteel blijven.
Wel zien de buurtsportcoaches kansen voor gamificatie. ‘Zij verwachten dat ze door het inzetten van gamificatietools doelgroepen kunnen activeren die ze nu lastiger kunnen bereiken. En ze staan ervoor open om er tijd in te investeren.’ Op basis van hun onderzoek hebben Schwarz en collega’s aanbevelingen geschreven: ‘We denken dat gamificatie meer gebruikt zal worden als er een duidelijker overzicht is van tools, praktijkvoorbeelden en beschikbare subsidies. Een gamificatienetwerk – van mensen zowel binnen als buiten de eigen organisatie – kan daarbij helpen. Ook moet de verantwoordelijkheid van de buurtsportcoaches duidelijker worden omschreven en moet er vanuit gemeenten begeleiding worden geboden bij het promoten van gamificatie.’
Zomerfeesten
‘Gamificatie kan goed werken om mensen enthousiast te krijgen voor fysieke activiteiten, als het goed wordt ingezet’, zegt Schwarz. En precies dat is niet vanzelfsprekend. ‘Er worden continu nieuwe games ontwikkeld, maar vele stranden omdat de techniek erachter niet goed werkt of omdat mensen snel hun interesse verliezen.’ Pokémon Go werd destijds ondersteund door een grote marketingcampagne. ‘Ontwikkelaars investeerden flink in de publiciteit van het spel. Dat geld hebben gezondheidsinitiatieven niet en dat beïnvloedt de slagingskans.’
Toch betekent het niet dat zulke initiatieven bij voorbaat kansloos zijn. ‘Sommige gemeenten zetten MissieMaster of vergelijkbare gamificatieapps al structureel in. Die laten de app bij elk evenement terugkomen; bij zomerfeesten of lokale sportwedstrijden bijvoorbeeld.’
Gamificatie heeft een negatieve bijsmaak, merkt Schwarz tot slot op. ‘Mensen denken al gauw: alweer een app – die zorgt alleen maar voor meer schermtijd bij kinderen. Dat was ook een veelgehoorde kritiek op Pokémon Go, waarbij gebruikers continu op hun telefoon moesten blijven kijken om de Pokémon te zoeken. Er waren verhalen over kinderen die in het water vielen of op straat bijna ongelukken kregen omdat ze te veel op hun scherm keken. Als je bij een app die als doel heeft je meer te laten bewegen voortdurend op je scherm moet kijken, schiet je je doel natuurlijk voorbij.’
Schwarz hoopt uiteindelijk zowel het plezier van de gebruikers als de gezondheidseffecten van gamificatieapps te verbeteren. ‘Daarvoor moeten we eerst onderzoeken wat nodig is om zulke apps goed te gebruiken. Pas wanneer een app goed geïmplementeerd is en op de juiste manier gebruikt wordt door de doelgroep, kunnen we de effectiviteit bepalen’, concludeert ze.