Blauwtong: ‘Situatie echt heel zorgelijk’

'Als alles meezit, kan een vaccin in de zomer beschikbaar zijn.'
Schapen in een mistige weide. Foto Shutterstock

Het aantal schapen in Nederland daalde vorig jaar met 61 duizend (-8,4 procent) tot in totaal zo’n 662 duizend dieren, meldde het CBS vorige week. De belangrijkste boosdoener: blauwtong, de via knutten verspreide virusziekte die sinds september 2023 weer rondgaat in Nederland. Noelle Hoorneman, onderzoeker bij Centrum voor Genetische Bronnen Nederland (CGN), noemt de situatie ‘echt heel zorgelijk, ook in vergelijking tot eerdere epidemieën of infectieuze ziektes.’

Hoorneman, die zelf ook schapen houdt, licht toe: ‘We hebben in 2001 mond-en-klauwzeer gehad, plus de blauwtong-uitbraak in 2006/2007. Die uitbraken hadden veel impact, maar kwamen nog niet aan de aantallen die we nu zien. Van blauwtong is bekend dat het heel heftig kan zijn en dat geldt zeker voor deze variant: ongeveer twee keer zo dodelijk en met een twee tot drie keer zo snelle verspreiding.’

Provinciale verspreiding

Uit de CBS-cijfers blijkt dat het aantal schapen het sterkst daalde in Noord-Holland en Friesland, waar per provincie zo’n 15 duizend schapen minder waren dan het jaar ervoor. Percentueel komt dat neer op een afname van respectievelijk 15,7 procent (NH) en 11,5 procent (FR). Met 15,4 procent was de percentuele daling ook ruim bovengemiddeld in de provincie Utrecht – daar ging het in absolute zin om 6,5 duizend dieren. In Drenthe en Gelderland bedroeg de afname rond de 10 procent. Noord-Brabant is de enige provincie waar het aantal schapen vorig jaar toenam (+6,4 procent).

Hoorneman: ‘Die cijfers tonen glashelder de invloed van blauwtong. Het aantal dieren in de schapenhouderij neemt sowieso af, want de sector staat door meerdere factoren onder druk: de graasdierpremie is afgeschaft, de pachtregels zijn veranderd en er is natuurlijk de wolf waardoor sommige schapenhouders ermee stoppen. Maar die factoren hebben allemaal niet zo’n duidelijk geografisch effect. De verspreiding van de knut zie je heel duidelijk terug in de CBS-cijfers.’

Vaccin

Alle hoop van de schapensector is gevestigd op een veilig en werkzaam vaccin. Dat bleek bij de blauwtong-uitbraak in 2006 heel effectief bij het uitbannen van de ziekte (destijds serotype 8). Daar lijkt inmiddels zicht op: minister Adema meldde vorige week dat in elk geval één farmaceut hun kandidaat wil laten testen. Melle Holwerda (Wageningen Bioveterinary Research) bevestigt dat blauwtongvaccins getest kunnen worden door het Nationaal Referentielaboratorium voor Vector-overdraagbare en Zoönotische Virusdierziekten, waarvan hij hoofd is. ‘Resultaten zullen op z’n vroegst in mei bekend zijn. Bij een positieve uitslag volgt dan nog de toelatingsprocedure. Als alles meezit kan een vaccin dan in de zomer beschikbaar zijn’, aldus Holwerda.

Hoop en vrees

Hoewel dat hoop biedt, is Hoorneman bezorgd over de komende periode. ‘Zelfs als er tegen de zomer een vaccin komt, hoeveel lijden hebben we dan al niet gehad? De winter was heel mild; ik zie nu alweer grote wolken mugjes bij de stallen hangen. Of het knutten zijn kan ik met het blote oog niet bepalen, maar het zou me niet verbazen. De kans is levensgroot dat de ziekte snel weer de kop opsteekt, en niet pas tegen de zomer. Als je bedenkt hoe het virus tussen september en december huishield, dan houd ik m’n hart vast voor de komende maanden.’

Lammertijd

Haar zorgen betreffen ook de jonge aanwas. ‘De lammertijd is begonnen; het lijkt erop dat er meer vroeggeboortes en geboorteafwijkingen zijn. Deels komt dat door Schmallenberg, een pas in 2011 ontdekte virale ziekte die ook door knutten wordt overgebracht. Maar bij een aantal van de misvormde lammeren die voor onderzoek zijn opgestuurd, is blauwtong vastgesteld. Dat bewijs is natuurlijk nog anekdotisch; ik verwacht dat Gezondheidsdienst voor Dieren pas aan het eind van de lammertijd voldoende cijfers heeft verzameld om er iets zinnigs over te kunnen zeggen.’

Blauwtong kan het voortbestaan van zeldzame Nederlandse schapenrassen in gevaar brengen, vertelde Hoorneman eerder in Resource. Houvast over het vermeende verschil in gevoeligheid van bepaalde schapenrassen, dat daarin ter sprake kwam, is er nog niet. Hoorneman: Binnen WUR is veel aandacht voor dit aspect; op 1 maart is bijvoorbeeld het symposium Genetic selection: to reduce the impact of infectious diseases in livestock, ter gelegenheid van de PhD-verdediging van Dries Hulst. Op basis van mijn eigen waarneming heb ik het sterke vermoeden dat het ene ras vatbaarder is dan het andere. Maar als wetenschapper zeg ik: er zijn nog geen cijfers van. En om het zeker te weten, moet eerst goed onderzoek gedaan worden.’

Overige herkauwers
De impact van het blauwtongvirus op het aantal overige herkauwers lijkt beperkt, afgaand op de CBS-cijfers. Zo nam de geitenstapel af met 1,6 procent, wat in lijn is met de daling in het jaar ervoor. De daling van het aantal runderen was nog kleiner: 0,7 procent.

Lees ook:

Leave a Reply


Je moet inloggen om een comment te plaatsen.