Jurisprudentie op komst rond academische flexcultuur

Rechter doet 3 augustus uitspraak in zaak tegen Universiteit Utrecht.
Vrouwe Justitia In de cao is afgesproken om nadere afspraken te maken; mogelijk heeft de rechterlijke uitspraak daar invloed op. Foto Unsplash

Voor de rechtbank in Utrecht diende gisteren de zaak waarbij voormalig docent Marijn Scholte een vaste aanstelling eist van de Universiteit Utrecht. Verschillende docenten kwamen hem steunen in zijn strijd tegen de flexcultuur.

Vier jaar lang werkte Scholte als docent op de faculteit Sociale Wetenschappen van de Universiteit Utrecht. In maart liep zijn contract af, maar een vaste aanstelling bleef uit, want daar moet je volgens de instelling ook onderzoekswerk voor doen.

Scholte solliciteerde vervolgens op een andere tijdelijke functie bij de universiteit. Tot zijn verbazing werd zijn brief terzijde geschoven omdat het volgens de universiteit zou getuigen van slecht werkgeverschap als hij wederom een tijdelijk dienstverband zou krijgen. Het deed Scholte besluiten naar de rechter te stappen voor een vast contract.

Flexcultuur

De flexcultuur in het hoger onderwijs, met de vele tijdelijke contracten, is al geruime tijd mikpunt van kritiek; in mei werd er nog een docentenprotest tegen gehouden. Het leidde niet tot concrete toezeggingen in de nieuwe universiteiten-cao; wel tot de afspraak dat er later afspraken over gemaakt worden. De jurisprudentie die voortvloeit uit deze rechtszaak heeft daar wellicht invloed op.

Structurele verandering

Verschillende docenten kwamen naar de rechtbank om Scholte te steunen, onder wie universitair docent Luzia Heu. Zij heeft wél een vast contract bemachtigd in Utrecht, maar volgens haar heeft iedereen last van de vele tijdelijke contracten. ‘Steeds weer moeten er nieuwe mensen ingewerkt worden. Dat zorgt voor een hogere belasting voor alle docenten’, meent ze.

Ook docent Jasper Steggink volgt de zaak op de voet. Hij zit naar eigen zeggen in hetzelfde schuitje als Scholte. Hij heeft drie contracten in drie jaar gehad en moest ook vertrekken bij de Universiteit Utrecht. ‘Ik wist toen ik begon dat ik een tijdelijk contract kreeg en zag het toen vooral als een mooie kans. Inmiddels zie ik welk systeem erachter zit en merk ik dat dit voor mij een doodlopende weg is’, zegt hij. Steggink hoopt dat de rechtszaak ‘structurele verandering’ teweegbrengt.

Ongewenst systeem

Scholte’s advocaat stelde dat de universiteit zich schuldig maakt aan slecht werkgeverschap. ‘Een docent is allang blij dat hij een baan heeft. Zo wordt een ongewenst systeem in stand gehouden.’ Het tijdelijke contract van Scholte doet volgens hem ook geen recht aan het structurele werk dat hij deed. ‘Feitelijk staat vast: er is permanent behoefte aan docenten.’

De advocaat van de universiteit, sprak tegen dat sprake is van slecht werkgeverschap. Een schil van tijdelijke docenten hoort volgens haar bij de bedrijfsvoering, want de universiteit moet kunnen inspelen op schommelende studentenaantallen. Ook heeft de instelling tijdelijke vervanging nodig voor vast onderwijspersoneel dat meewerkt aan onderzoeksprojecten.

De rechter vatte het geschil bondig samen: ‘Is hier sprake van structurele werkzaamheden? De één zegt ja, de ander zegt nee. Zo simpel is het recht af en toe.’ De uitspraak volgt op 3 augustus.

Lees ook:

Leave a Reply


Je moet inloggen om een comment te plaatsen.