Resource-enquête: snakken naar contact

En van medewerkers mag deels thuiswerken de standaard worden.

Hoe voel je je, wat heeft het afgelopen jaar je gebracht en hoe zie je de toekomst? Om antwoord te krijgen op deze en meer vragen, stuurde Resource een enquête naar medewerkers en studenten. Uit de analyse blijkt dat zij vooral persoonlijk contact missen en dat wat hen betreft deels thuiswerken de standaard mag worden.

Dat corona hard heeft ingegrepen in ons leven is duidelijk. Thuiswerken en -studeren werd het afgelopen jaar de nieuwe norm, met vallen en opstaan werd razendsnel online onderwijs opgetuigd. Hoe voelen medewerkers en studenten zich na al die maanden? En ook: wat verwachten zij van de toekomst? De enquête bestond uit ruim 25 vragen, waarvan de open vragen uitgebreid werden ingevuld. Aan het onderzoek hebben 79 studenten en 236 medewerkers van WUR deelgenomen. De cijfers (zeker bij de studenten) moeten we dus als indicatief beschouwen. Ze geven een goede indruk, maar zijn niet representatief voor de totale WUR-populatie.

Vijf conclusies

In grote lijnen trekken we vijf conclusies. Ongeveer een kwart van de medewerkers ervaart (zeer) veel last als gevolg van de coronacrisis, onder meer door het vele thuiswerken. Toch ziet 48 procent dat juist ook als een positieve ontwikkeling. Minder reistijd en meer vrijheid om werkzaamheden in te delen zijn de voornaamste positieve ontwikkelingen, dat geldt ook voor studenten en het online onderwijs. Een tweede conclusie is dat bijna drie op de vier medewerkers (nog) volledig thuis werkt. De medewerkers geven daarbij aan niet erg tevreden te zijn over werkdruk en werk-privé-balans.

Contact is het smeermiddel voor mijn werkvreugde

Wel is er de wens om zo’n twee dagen vanuit huis te blijven werken: bijna twee op de drie medewerkers wil het thuiskantoor gaan combineren met naar het werk gaan. De derde conclusie is dat volgens de respondenten het hoger onderwijs blijvend is veranderd door de coronacrisis. Thuisonderwijs zal een onderdeel blijven uitmaken van studeren, is de verwachting. 66 procent van de respondenten vindt dat het (digitale) thuisonderwijs een goede aanvulling is op de fysieke lessen en colleges. Van de studenten die deelnamen aan de enquête vindt slechts 27 procent dat het onderwijs weer moeten worden zoals het was voor de crisis.

Attentieprobleem

Over het thuisonderwijs is nog wel wat te zeggen. Want let op, aldus de studenten, het gebrek aan informeel contact voor, tijdens en na afloop van de online lessen is een bedreiging; zo ook het gebrek aan interactie tijdens de les. ‘Online lessen werken gewoon niet voor iedereen,’ schrijft een docent, ‘vooral niet voor mensen met aandachtsproblemen, ik ken studenten die flink zijn achter geraakt of ondermaats presteren zonder face-to-face-lessen.’ Een ander: ‘Ik maak mij zorgen over de mentale gezondheid van studenten, als docent sta ik erbij en kijk ernaar, heel frustrerend.’

De vierde conclusie is dat ruim zes op de tien studenten (zeer) veel last ervaart door de coronacrisis, bijvoorbeeld door somberte, zorgen of stress. Positief vinden ze dat zij hun familie meer te zijn gaan waarderen en dat ze nieuwe hobby’s hebben opgepakt. Het thuis studeren geven studenten een zware onvoldoende, is de vijfde conclusie de we trekken. Eén op de drie doet ook minder aan zijn studie sinds de crisis.

Gemis

Tot zo ver de aantallen en percentages. Interessant zijn ook de antwoorden die de deelnemers geven in de open vragen: persoonlijk, open en uitgebreid. Zo’n 250 deelnemers vulden de open vraag in: Wat is het belangrijkste knelpunt dat jij op dit moment ervaart als het gaat om studeren of werken bij WUR? We snakken naar contact, zo lijkt het. De helft noemt het gemis van contact met collega’s. Vooral het spontane ontmoeten, alles moet gepland worden. ‘Ik mis mijn collega’s, een inspirerende omgeving en de onverwachte ontmoetingen’, schrijft een collega. En: ‘Er vindt veel minder debat plaats.’ Of: ‘Contact is het smeermiddel voor mijn werkvreugde.’

Ik mis mijn collega’s, een inspirerende omgeving en de onverwachte ontmoetingen

Een docent schrijft: ‘Ik wil aan het gezicht van een student kunnen zien of die twijfelt of dat het kwartje is gevallen.’ Een leidinggevende benoemt als knelpunt: ‘Het blijven motiveren van mijn team tijdens het thuiswerken.’ Een eerstejaarsstudent schrijft: ‘Door het vele online onderwijs ken ik bijna geen medestudenten. Wanneer ik ze wel zie op de campus, zijn het altijd dezelfde mensen: alle groepjes worden alfabetisch ingedeeld.’

Hoewel veel reacties een tot nadenken stemmende toon hebben, zijn er uiteraard ook andere geluiden. ‘Leg niet teveel nadruk op problemen. Studenten, PhD’ers en tenure trackers achterstanden “aanpraten” helpt niet. Het leven verloopt niet altijd in een rechte lijn. Positief blijven, we doen het hartstikke goed.’ En: ‘Ik heb bewondering voor de efficiëntie waarmee IT-infrastructuur het grootschalig thuiswerken heeft mogelijk gemaakt.’

Afwisselen

Over het doorgaan met thuiswerken, zijn de deelnemers aan deze enquête het aardig eens. Maar: wél afgewisseld met het werk op de campus of in de buitengebieden. ‘Probeer blended werken zo goed mogelijk te realiseren’, reageert een respondent. Over hybride onderwijs verschillen de meningen. ‘Dat moet zoveel mogelijk voorkomen worden, de kwaliteit is slechter dan van fysiek onderwijs.’ Of toch niet? ‘Hoorcolleges mogen online, werkcolleges en practica moeten op kleine schaal (een docente per maximaal 15 studenten) op locatie.’ Wat denk jij? Reageer op dit verhaal op onze website resource-online.nl

Lees ook:

Leave a Reply


Je moet inloggen om een comment te plaatsen.