Schrijvers en kunstenaars in de middeleeuwen werkten op perkament. Modern genetisch en eiwitonderzoek ontfutselt biologische geheimen aan die dierenhuiden.
Plantonderzoeker Elio Schijlen had tot voor een paar jaar nog nooit gehoord van biocodicologie. Inmiddels mag hij zichzelf een biocodicoloog in de dop noemen: iemand die met biologische technieken de materiële eigenschappen van oude handschriften (codices) bestudeert. Zijn moleculair-biologische en genetische expertise bracht Schijlen op dit nieuwe pad van middeleeuwse kunst.
Dat begon met een vraag van de Nijmeegse stichting Maelwael Van Lymborch Studies, het wetenschappelijk kenniscentrum van de gelijknamige kunstenaarsfamilie. De broers Herman, Johan en Paul van Lymborch worden wel de ‘Rembrandts van de Middeleeuwen’ genoemd. De vraag was of Schijlen onderzoek wilde doen naar een aantal perkamenten die onderdeel zijn van een middeleeuwse codex, die is gelieerd aan de drie broers (zie kader Master B).
Schijlen is hoofd van de DNA-sequencing faciliteit van Plant Sciences, die genetische codes ontrafelt. ‘De stichting vroeg zich af of we iets met die technologie kunnen doen voor de analyse van middeleeuws perkament. Bijvoorbeeld of we er achter kunnen komen van welk dier dat is gemaakt’, licht Schijlen toe.’ De vraag mondde uit in een door NWO en de Nijmeegse stichting gefinancierd project, waar ook Naturalis en de Radboud Universiteit bij zijn betrokken.
Tot voor kort was zulk onderzoek onmogelijk
‘De studie naar oude handschriften richtte zich tot voor kort voornamelijk op het handschrift van de kunstenaar’, legt Schijlen uit. ‘En op fysieke eigenschappen van het perkament, zoals de textuur, de gebruikte inkt en de verf. Genetische analyse kan nieuwe, aanvullende informatie opleveren: van welk dier het perkament is gemaakt, het geslacht daarvan, mogelijk zelfs informatie over het ras of geografische oorsprong, en op basis daarvan de relatie tussen verschillende vellen perkament. Aanwezige schimmels en bacteriën zeggen bovendien iets over de staat waarin het perkament verkeert. Tot voor kort was zulk onderzoek onmogelijk. De technologie was nog niet zover. Bovendien zou de extractie van eiwit en DNA destructief zijn, wat voor zulk kostbaar cultuurhistorisch materiaal natuurlijk ondenkbaar is.’

Gummen
Door de snelle ontwikkeling van technologie en wetenschap is die biologische analyse inmiddels binnen handbereik. Schijlen en zijn collega’s kregen de kans om monsters te nemen van negen vellen perkament van middeleeuwse boeken uit verschillende collecties: de drie waar het allemaal om te doen was en als referentie enkele vellen uit de collectie van Kasteel Huis Bergh en een privécollectie. De analyse richtte zich daarbij op sporen van DNA en het eiwit collageen. Beiden kunnen op zichzelf uitsluitsel geven over het gebruikte dier. Perkament is gemaakt van de huid van landbouwhuisdieren.
Alles wat in en op het perkament in de loop der eeuwen heeft geleefd, kun je in principe terugvinden
Die huid bestaat voornamelijk uit het eiwit collageen. De samenstelling van het collageen verschilt per soort dier. Schijlen verkreeg het eiwit door het er letterlijk af te gummen. Die methode is non-invasief: het perkament lijdt er geen schade van. Dat is anders bij de extractie van DNA. ‘Daarvoor moesten we een klein stukje van het perkament afsnijden. Bij een oude codex is dat gewoonlijk onmogelijk, omdat je het boek ermee beschadigt.’
Van het eiwit werd de samenstelling van de aminozuren bepaald, de bouwstenen van eiwit. Die samenstelling is karakteristiek voor de soort. Voor de analyse van het DNA werd van duizenden korte fragmenten de sequentie vergeleken met referentiegenomen van koeien, schapen en geiten. Schijlen: ‘Veel fragmenten zijn identiek bij die drie dieren, maar toch zie je dat de monsters veel meer matchen met het ene dan het andere organisme.’
Koeienhuid
De genetische analyse laat vooral ook grote verschillen zien tussen de perkamenten. Verschillen in genetische geschiedenis Schijlen: ‘Alles wat in en op het perkament heeft geleefd in de loop der eeuwen kun je in principe terugvinden. DNA van insecten, pollen en micro-organismen die op het perkament zijn geland, maar ook van mensen die het perkament hebben aangeraakt. Die genetische sporen zijn in feite een soortvingerafdruk van wat er met zo’n vel allemaal is gebeurd. Een van onze conclusies is daarop gebaseerd en laat duidelijk zien dat sommige perkamenten meer aan elkaar verwant zijn, omdat hun microbioom deels overeenkomt. Dat is heel waardevolle informatie.’
Uit de studie blijkt duidelijk dat acht van de vellen perkament gemaakt zijn van koeienhuid. Eentje is gemaakt van schapenhuid. De dieren zijn verwant aan verschillende rassen. De drie vellen waar het om te doen was, zijn van de huid van een stier en gemaakt in Noord-Frankrijk in de periode 1410-1420. Die datering volgt overigens niet uit de studie van Schijlen, maar was al bekend uit eerder onderzoek naar het handschrift en de illustraties. Datering op basis van genetische analyse is volgens Schijlen op dit moment nog niet haalbaar. ‘Daarvoor heb je referentiegenomen nodig van dieren die toen leefden en er is maar weinig informatie beschikbaar over die oude rassen.’
Voor Schijlen leek daarmee dit interessante uitstapje klaar. Maar dat is mogelijk niet zo. Publicatie van de studie heeft geleid tot een aanvraag voor nieuw en mogelijk nog veel opwindender onderzoek: studie naar ‘de laatste Da Vinci’. Schijlen: ‘Het gaat hierbij eveneens om een vel perkament, met daarop een afbeelding van de hand van Da Vinci, waarvan men denkt dat het de ontbrekende pagina is uit het boek La Sforziada (zie kader). Met DNA-analyse kunnen we dat mogelijk vaststellen.’ Er is evenwel één klein probleempje: geld. ‘We zoeken nog financiering. Maar als dat rond komt, zouden we nog dit jaar van start kunnen gaan.’
Master B
De drie perkamenten die Schijlen onderzocht stammen uit een zogeheten getijdenboek, een verzameling christelijke gebeden en teksten. Dit boek, waarvan de afzonderlijke pagina’s in de loop der tijd verspreid zijn geraakt, maakte waarschijnlijk deel uit van de verzameling van de middeleeuwse bibliofiel hertog Jan van Berry. De illustraties van wijnranken in de marge van de vellen komen overeen met die van het beroemde getijdenboek Belles Heures. Dit boek werd in opdracht van de hertog door de broers Van Lymborch geïllustreerd. De broers tekenden overigens niet die wijnranken, maar de prachtige illustraties elders in het boek. De wijnranken zijn van een onbekende Master B. De B staat voor Belles Heures. Sommige boeken uit de collectie van de hertog zijn zoekgeraakt. De door Schijlen onderzochte vellen maken vrijwel zeker deel uit van een van die verloren gewaande boeken, waarvan inmiddels 81 vellen zijn teruggevonden.
Van Lymborch-jaar
Voor liefhebbers van het werk van de broers Van Lymborch is 2025 een feestjaar. Aanleiding is de tentoonstelling (7 juni tot 5 oktober) van het getijdenboek Très Riches Heures in het Musée Condé in Chantilly, een stad ten noorden van Parijs. Dit getijdenboek is vrijwel nooit te zien, maar is vanwege restauratie deels ontbonden. Ook de Belles Heures (uit New York) en de Bible Moralisée (Parijs) zijn er voor de gelegenheid te bewonderen. Het Maelwael Van Lymborch museum in Nijmegen heeft diverse festiviteiten rondom deze gebeurtenis georganiseerd. De thuisblijvers kunnen de beroemde werken overigens ook vanuit de luie stoel bewonderen op de site van het museum.
Bianca
La Sforziada is een lofdicht op de Italiaanse Sforza-familie. Het boek met de ontbrekende pagina bevindt zich al sinds het begin van de 15de eeuw in Polen. Het mogelijk ontbrekende vel, een portret van een jonge vrouw, dook in 1998 op tijdens een veiling van Christie’s in New York. De koper kocht het voor 21.550 dollar. Onderzoek daarna wees uit dat het vermoedelijk een werk van Leonardo da Vinci is. De jonge vrouw op het portret is Bianca Sforza, die op dat moment 13 of 14 jaar oud is. Zij is dan net getrouwd met een beschermheer van Da Vinci. Het portret zou een huwelijksgeschenk zijn. Bianca overlijdt overigens enkele maanden later. De herkomst van het portret is onderwerp van discussie. Onderzoek naar het perkament kan meer licht op de zaak werpen.