Column Sjoukje Osinga: Barbenheimer

Binnenkort zitten de collegebanken weer vol, wie weet zit er een Oppenheimer tussen.

Of we een Barbenheimer zouden doen, vroegen mijn studentenzoons eerder deze zomer. Nu ben ik nooit zo op de hoogte van social-mediahypes, dus ik moest even doorvragen. Een film over Oppenheimer kon ik begrijpen: hij was een fascinerende wetenschapper van groot historisch belang. Maar Barbie? Wisten mijn zoons überhaupt wat een barbiepop was? Ik heb hen ooit wel eens een babypop gegeven, maar die vonden ze voornamelijk leuk om mee te gooien, en aan barbies zijn ze nooit toegekomen. Zelf was ik vroeger wel een barbiemeisje. Dat mijn jongens met mij naar een barbiefilm wilden, leek me te mooi om waar te zijn. Maar we zijn dus én naar Oppenheimer én naar Barbie geweest. Oppenheimer was inderdaad geweldig. Barbie was totaal anders dan verwacht. Niet alleen ik, maar ook mijn vier mannen hadden een uitermate leuke avond.

Er is al veel over geschreven. Perfecte Barbie woont in haar perfecte Barbieland, samen met een heleboel andere meisjes die allemaal Barbie heten. Daarnaast zijn er ook Kens, die er niet zo toe doen. (Ik had vroeger niet eens een Ken en hoefde hem ook niet, want wat moest je daar nu mee.) Uiteindelijk zit er een feministische boodschap in de film, maar hij is vooral heel vermakelijk.

Barbies maakten al sinds 1959 carrière, van stewardess tot astronaut – voordat er überhaupt vrouwelijke astronauten bestonden – en tegenwoordig heb je een Barbie voor alle denkbare beroepen.

Dat mijn jongens met mij naar een barbiefilm wilden, leek me te mooi om waar te zijn

Lange tijd ging haar vooruitstrevende beroepskeuzevrijheid gepaard met een even grote prestatiedruk. Ze ziet er altijd perfect uit, en haar outfit en accessoires zijn tot in de puntjes verzorgd. Barbie kent inmiddels vele inclusieve varianten, maar ook Curvy Barbie oogt nog steeds volmaakt.

Binnenkort zitten de collegebanken weer vol met eerstejaarsstudenten. Ze zijn allemaal mooi. Jonge mensen, bruisend van verwachting. Hun namen blijven nog niet hangen, ik haal ze door elkaar. Maar dat verandert nog wel. Ze zullen ontdekken waar ze goed in zijn, wat ze graag doen en vooral ook wat niet. Ik wens ze van harte toe dat ze hun eigen stijl en voorkeuren ontwikkelen, zonder perfectie of groepsdruk. Wie weet zit er een Oppenheimer tussen.

Sjoukje Osinga (55) is universitair docent bij Information Technology. Ze zingt alt in het Wageningse kamerkoor Musica Vocale, heeft drie studerende zoons en kijkt graag met haar man vogels in de Binnenveldse Hooilanden.

Lees ook:

Leave a Reply


Je moet inloggen om een comment te plaatsen.