Vijf tips om uitstelgedrag te voorkomen

Psycholoog Martijn van der Spoel geeft een masterclass waarmee je vooruit kan.
Foto Unsplash/Annie Spratt

Tekst Sarah Scheid

‘Dat kan morgen wel.’ Iedereen heeft deze gedachte wel eens als er een moeilijke taak ligt. Maar als taken steeds weer op de lange baan worden geschoven, dreigt de uitstelspiraal. Psycholoog Martijn van der Spoel heeft de masterclass Procrastination ontworpen waarin hij studenten helpt uitstelgedrag te herkennen en tegen te gaan. Studentredacteur Sarah Scheid volgde zijn college en vat de vijf belangrijkste tips voor je samen.

1. Schakel negatieve gevoelens uit

‘De eerste stap, het beginnen aan de klus, is de moeilijkste’, zegt Van der Spoel. Als je geen energie hebt om te beginnen, denk je ‘ik begin er wel aan als ik me lekker voel’. Probeer deze gevoelens eens gedurende vijf of tien minuten uit te schakelen als je aan een taak begint. Ga niet zitten nadenken over je gevoelens of humeur ten aanzien van het studeren op dat moment, maar begin gewoon. Als je jezelf hebt voorgenomen om met studeren te starten om negen uur, begin dan ook gewoon om negen uur.
Van der Spoel weet waar hij over praat: ‘Soms, en in het bijzonder op zaterdagochtend, heb ik geen zin om aan een klus te beginnen. Ik zet mezelf er dan toch toe en dat werkt.’

2. Bouw routine op

Probeer een routine op te bouwen, zegt Van der Spoel. ‘Dat maakt het makkelijker voor je brein om het werk op te pakken. Als je bij elke stap moet nadenken, word je daar heel moe van. De eerste keer dat ik na een college naar huis reed, was dat heel vermoeiend. Maar nu het eenmaal routine is geworden, kost het mijn hersenen minder energie.’

3. Maak iemand deelgenoot

Een volgende tip is iemand vragen je te helpen. Vraag een vriend of familielid, iemand aan wie je vertelt wat je van plan bent, of die wil navragen of je datgene wat je je hebt voorgenomen ook daadwerkelijk hebt gedaan. Van der Spoel: ‘Als je tegen iemand zegt: ik wil twee keer per week gaan sporten, is de kans groter dat je het echt gaat doen: de persoon aan wie je het vertelt kan immers vragen of je het inderdaad gedaan hebt.’

4. Weet wat je moet doen

De smaak van succes is heel belangrijk. Van der Spoel: ‘Als je iets doet en het is succesvol, krijgt je brein meer energie en raakt opgeladen. Start met een eenvoudige, duidelijke taak en weet wat je de komende paar uur gaat doen. Als dat lukt, bedenk dan waar je de volgende dag mee verder kunt gaan. Zo krijg je een duidelijke structuur en is het makkelijker om te beginnen.’

5. Vraag eventueel hulp

Sommige studenten zijn onzeker en hebben een laag zelfbeeld, zegt Van der Spoel. ‘Ze beginnen ergens aan, worstelen met hun zelfvertrouwen en weten vaak niet hoe ze dat moeten veranderen. Als je denkt: ‘Ik moet voor dit vak een goed cijfer halen’, leg je druk op jezelf. Je wordt dan bang van die druk en begint met uitstellen. De dag voor het tentamen wordt de pijn van het niet beginnen ingehaald door de angst een nul te scoren en dan ga je hard aan de slag en haal je niet meer dan een krappe voldoende. Zo loop je het risico dat je een nog negatiever beeld over jezelf krijgt, terwijl je niet de juiste klus op het juiste moment doet. Je wordt je eigen vijand.’

‘Als je jezelf hierin herkent – uitstel door emotie – dan is een andere aanpak beter dan de meer technische tips die ik hier geef’, zegt Van der Spoel. Hij verwijst je dan door naar de afdeling Student Training and Support of de studentenpsycholoog.

Geen tips

Van der Spoel heeft nog wel een kleine disclaimer bij ons verhaal. Wat wij hier brengen als tips, zijn dat volgens de docent niet zonder meer. ‘Mijn belangrijkste doel is om studenten aan het denken te zetten over wat bij hen past en hoe ze de dingen het beste op hun eigen manier kunnen doen. Er zijn wel studenten die zeggen ‘geef mij wat tips en dan volg ik die gewoon op’, maar dat is niet mijn boodschap.’

De volgende masterclass Procrastination is in periode 2 van het volgende academisch jaar.

Lees ook:

Leave a Reply


Je moet inloggen om een comment te plaatsen.