Serie: Flower hunting – de grote ratelaar

Masterstudent Julia van der Westhuyzen en hoogleraar Joop Schaminée zoeken naar campusflora.
De grote ratelaar in de tuin bij Lumen. Foto Julia van der Westhuyzen

Naam: Grote ratelaar
Wetenschappelijke naam: Rhinanthus angustifolius
Bloeitijd: juni tot augustus
Waar te zien: In de tuin bij Lumen

‘Deze bloem is vernoemd naar een rammelaar, zoals je die aan baby’s geeft als speelgoed. Dat is vanwege de vorm van de vruchten. In Nederland komen drie soorten ratelaars voor, waarvan slechts één op de campus, de Rhinanthus angustifolius. De twee andere soorten zijn de gele ratelaar (R. minor) en de harige ratelaar (R. alecterolophus). Die laatstgenoemde komt voornamelijk in de Nederlandse duinen en Zuid-Limburg voor; de gele beperkt zich tot Zuid-Limburg.

Alle drie de soorten zijn semi-parasitair, wat wil zeggen dat ze slechts ten dele hun eigen voedsel produceren (uit chlorofyl) en de rest uit een gastheer halen, in dit geval uit graswortels.’

Maaihulpje

‘Om de natuur geschikt te houden voor inheemse soorten, moeten weilanden worden gemaaid. Daarmee haal je mineralen en meststoffen die hier niet thuishoren uit het ecologische systeem. De gele ratelaar is een soort gratis maaihulpje, want het doodt gras en maakt daarmee maaien minder vaak nodig. In sommige beschermde gebieden met veel gras zie je hele velden vol ratelaars.

Er is echter wel een punt van zorg: de plant heeft een levenscyclus van een jaar en de zaden gaan niet langer dan een jaar mee. De soort heeft dus ieder jaar opnieuw plekken nodig die voldoende open zijn om de zaden te laten ontkiemen. Als je deze bloem wilt zien op de campus kan je gewoon de hommels volgen. Zij zijn de voornaamste bestuivers van deze soort.’

Deze serie wordt gemaakt door studentredacteur en masterstudent Plant Breeding Julia van der Westhuyzen (foto’s en tekst) samen met hoogleraar Plant Ecology Joop Schaminee (verhalen).

Lees ook:

Leave a Reply


Je moet inloggen om een comment te plaatsen.