Sleutelfiguren: Lidwien Graafland

‘Leuk: elke dag is anders. Minder leuk: boze telefoontjes.’
Lidwien Graafland (39), senior medewerker servicedesk facilities. Foto: Guy Ackermans.

Ze zijn onmisbaar op de campus: schoonmakers, conciërges, cateraars, tuinmannen, receptionisten – de lijst is lang. Resource zoekt deze sleutelfiguren op. Dit keer Lidwien Graafland (39), senior medewerker servicedesk facilities, Actio.

‘Ik heb de bachelor Bodem, Water, Atmosfeer gedaan bij WUR, maar tijdens mijn master ben ik erg gaan twijfelen over die carrièrerichting. Ik hou van werken met mensen en los graag snel problemen op – wat in die loopbaan lastig is. Ik heb er lang over gedaan te weten wat ik wilde. Waar begin je aan als je een nieuwe opleiding start? Maar ik ben blij dat ik de opleiding Facility Management heb gedaan en dat ik hier nu werk, bij de Servicedesk Facilities. Dat bevalt prima, al zes jaar.

Bij ons komen facilitaire meldingen binnen over wensen, klachten, storingen of informatieverzoeken. Dat kan gaan van een overvolle afvalbak tot iemand die vastzit in de lift. Die meldingen zetten we door naar verschillende “oplosgroepen”, zoals de conciërge of de technisch gebouwbeheerder. We zijn zelf de oplosgroep van meldingen over binnenlandse en buitenlandse reizen, de bibliotheek, WUR-kaarten, verzekeringen en het bestelsysteem.

Elke dag is anders, dat is leuk aan mijn werk. Minder leuk zijn boze telefoontjes

Als tussenpersoon vragen we om opheldering en monitoren we afhandeling. Doordat we met veel verschillende afdelingen contact hebben weten we wat er binnen de universiteit speelt, waardoor we vaak betrokken worden bij projecten. Dat initiëren we ook zelf, want het is vervelend als er van bovenaf besluiten worden genomen die in praktijk niet werken. Daarnaast verbeter ik ons meldingssysteem en de facilitaire processen rondom een melding, waardoor ik ook mijn analytische vaardigheden kan inzetten.

Dat elke dag anders is, vind ik leuk aan mijn werk. Minder leuk zijn boze telefoontjes. De meeste mensen zijn beschaafd en aardig, maar soms zoeken ze een uitlaatklep. Ik laat ze even uitrazen en daarna is het vaak goed. Soms niet en dan ga ik met ze in gesprek. We bespreken deze situaties ook altijd binnen ons team. We zijn hecht, wat handig is voor dit werk, omdat we niet alles zelf weten en dan moet je durven vragen. Tijdens corona was contact houden lastiger, maar het lukte onder meer via twee chatgroepen: één voor serieuze vragen en één klets-chat. Door corona hebben we het erg druk gehad, ook met ander soort vragen. Maar we bleven werken zoals altijd: oplossingsgericht, goed luisteren, doorvragen, prioriteiten stellen en niet stressen. Samen zetten we de schouders eronder.’

Lees ook:

 

Leave a Reply


Je moet inloggen om een comment te plaatsen.