‘Hopen kun je leren’

Interview met WUR-filosoof Jan van der Stoep over hoop als deugd.
‘We moeten leren omgaan met mensen die radicaal met ons van mening verschillen. Mijn hoop is dat deze situatie ons aanspoort om verdraagzaam te zijn.’ Foto Guy Ackermans

Hoop is meer dan een optimistisch geloof in een goede afloop. Hoop is een deugd, zegt WUR-filosoof Jan van der Stoep. En die deugd kun je leren.

Jan van der Stoep is sinds anderhalf jaar bijzonder hoogleraar Christelijke Filosofie. Hij doceert onder meer het keuzevak Food & Agricultural Ethics, habits, moral choices and worldviews. Als lector Bezieling en Professionaliteit aan de Christelijke Hogeschool Ede publiceerde hij twee jaar geleden een boek over hoop: Met Verwachting Handelen.

Wat versta jij onder hoop?

‘Hoop is een wenkend perspectief dat tot handelen aanzet. Hoop en handelen horen bij elkaar. Een perspectief zet je in beweging om de handen uit de mouwen  te steken. Hoop is een heel alledaags begrip. Je kunt het er op allerlei manieren over hebben. Maar het wordt pas interessant als je in een lastige situatie zit en het even niet meer ziet zitten. Dan krijgt het een existentiële dimensie.’

Moet dat perspectief realistisch zijn?

‘Ja, anders zet het niet aan tot handelen. Je kunt er op hopen dat je de staatsloterij wint, maar dat is geen echte hoop. Eerder optimisme. Het is niet realistisch en het zet je niet in beweging. Hoop heeft ook met vertrouwen te maken. Als je een keuze maakt, hoop je dat het wat moois oplevert, maar absolute zekerheid heb je niet. Ergens op hopen is spannend. Het heeft afbreukrisico. Dat waarop je hoopt, kan ook niet lukken. Maar je zet met vertrouwen de eerste stap, om te ontdekken wat die hoop waard is. Door die stap te zetten, ontdek je nieuwe dingen en ga je kansen zien die je eerder niet zag.’

Is optimisme geen goede eigenschap?

‘Jawel. Ik ben zelf een optimistisch mens. Mijn moeite met optimisme is dat het weinig activerend is. Optimisme in de zin van ‘het komt wel goed’ is me te makkelijk. Optimisme en pessimisme zijn twee houdingen, waarbij je de verwachting niet verbindt met handelen. Het is te vrijblijvend. In het dagelijks spraakgebruik is hoop vaak optimisme. Je hoopt bijvoorbeeld dat het mooi weer wordt, maar je kunt er niks aan doen. Het is een beetje een definitiekwestie, maar als filosoof ben je daar scherp op.’

De tijden zijn beroerd. De klimaatcrisis hangt als een donkere wolk boven onze toekomst. Is er hoop?

‘Ik hoop dat we een verschil kunnen maken door na te denken over hoe we ons leven en onze samenleving op een andere manier in kunnen richten. Economische groei is nu de maat der dingen. Misschien moeten we naar een andere economie toe, eentje waarin de mens minder ruimte inneemt. We moeten als mensen kleiner groeien. Mijn hoop is dat we nieuwe manieren vinden om met planten, dieren en de aarde om te gaan. Ik ben in mijn omgeving betrokken bij een regionale voedselketen. Door mijn tuintje anders te beheren komt er meer biodiversiteit. Het zijn maar kleine dingen, maar ze geven mij hoop. Ik geloof dat dat verandering kan brengen. Leonard Cohen zingt: there’s a crack in everything, that’s how the light comes in. Juist in moeilijke momenten krijgt hoop betekenis. Hoop richt zich vaak op iets kleins en onbeduidends, iets waarin je een nieuw begin kunt zien.’

En welke hoop heb je qua corona?

‘We zijn waarschijnlijk nog niet van corona af. We zijn tot nu toe alleen maar ad hoc bezig geweest. We dachten dat het wel goed zou komen met een vaccin. We denken dat het wel goed komt met die boosterprik. Maar nieuwe varianten komen en verspreiden zich snel. Het is tijd om uit te zoomen en naar de langere termijn te kijken. Niet alleen de technisch-medische kant, maar ook de maatschappelijke kant. We moeten nadenken over hoe we ons leven met covid inrichten. Wat betekent dat voor ons handelen? We moeten leren omgaan met scherpe conflicten en met mensen die radicaal met ons van mening verschillen. Mijn hoop is dat deze situatie ons aanspoort om verdraagzaam te zijn en goed naar elkaar te luisteren.’

Maar hoe kom je aan een nieuw perspectief?

‘Je moet de verbeelding aanspreken. Een goede manier om aan hoop en perspectief te werken is romans lezen en films kijken. Kijk met een andere blik naar het bestaan. Dan gebeurt er wat. Die andere kijk is de essentie van hoop. Juist nu hebben we verandering van perspectief nodig. Hoop kan soms uit onverwachte hoek komen. Maar je moet er wel open voor staan.’

Kun je hoop leren?

‘Hoop is een deugd, waaraan je kunt werken. Je kunt leren om hoopvol te zijn. Aristoteles dacht over deugden in termen van het gouden midden zoeken. Zo houdt moed, één van de vier kardinale deugden, het midden tussen lafheid en overmoed. Tussen te weinig en te veel moed. Hoop houdt het midden tussen wanhoop en ‘overhoop’, als dat woord zou bestaan. Overhoop als valse hoop en hopen tegen beter weten in. Het gaat erom de juiste balans te vinden.
Hoopvol zijn kun je leren door te oefenen, oefenen en nog eens oefenen. Stug volhouden om die barst te vinden in het donker.’

Lees ook:

Leave a Reply


Je moet inloggen om een comment te plaatsen.