Het onderwijs moet 7,3 miljoen euro bijdragen aan de in totaal 80 miljoen die WUR structureel moet gaan bezuinigen vanaf 2028. Is daarbij wel voldoende aandacht voor het stapeleffect op docenten – die van verschillende kanten klappen krijgen te verduren – vraagt scheikundedocent Marga van Voorthuizen zich af.
Marga van Voorthuizen werkt voor de vakgroep Physical Chemistry and Soft Matter en geeft basisvakken scheikunde die in het curriculum van elke WUR-student – behalve de gamma’s en alfa’s – zitten. ‘We geven drie basisvakken met vijf docenten en hebben daarvoor gezamenlijk ongeveer 3 fte, waarvan ik er 0,8 heb. Dat verandert binnenkort, want sinds vorige zomer weet ik dat mijn contract niet wordt verlengd. Onze leerstoelhouder kon vanwege de financiële situatie mijn tijdelijke contract dit jaar niet opnieuw verlengen. Mijn collega’s moeten nu intern met elkaar oplossen hoe alle practica toch kunnen doorgaan, terwijl iedereen al enorm druk is.’
Gepassioneerde docenten zullen nog harder gaan werken om dezelfde kwaliteit te waarborgen
Waar Van Voorthuizen natuurlijk even moest slikken van het nieuws over haar contract, maakt ze zich nu vooral druk over het stapeleffect dat deze bezuinigingen hebben. ‘Vakgroepen moeten noodgedwongen tijdelijke contracten stopzetten en dit opvangen door inzet van onderzoekers en ander ondersteunend personeel. Dat gaat ten koste van tijd voor het binnenhalen van onderzoeksbeurzen. Indirect leidt dit tot minder inkomsten voor de vakgroep. Tegelijkertijd worden opleidingen kritischer over hoe veel geld er naar een vak kan en mag gaan. En dan komt het effect van de dalende studentenaantallen daar nog bovenop.’
Door de bezuinigingen nemen de werklast en werkdruk toe, voorziet Van Voorthuizen. ‘Dat zie ik nu al bij mijn collega-docenten die mogen blijven. Overal binnen WUR zullen gepassioneerde docenten nog harder gaan werken om dezelfde kwaliteit van het onderwijs te waarborgen, resulterend in een verhoogde werkdruk. Dat gaat vroeg of laat ten koste van henzelf.’
Onderwijsontwikkeling
‘Daarnaast was er sinds mijn aanstelling in augustus 2023 meer ruimte voor onderwijsontwikkeling. We gaven niet alleen onze lessen, maar probeerden het onderwijs te vernieuwen en na te denken over welke specifieke kennis en vaardigheden studenten nodig hebben voor de verschillende opleidingen. Ook zochten we naar nieuwe manieren om onze kennis efficiënt over te brengen en een betere manier van toetsen. Wanneer een practicum niet meer goed aansloot bij de behoefte van opleidingen, dachten we mee over alternatieve practica of het verbeteren van een bestaand experiment. Ik vraag me af of daar volgend jaar nog tijd voor is.’
Voor Van Voorthuizen persoonlijk pakte de situatie uiteindelijk gelukkig goed uit. ‘WUR zocht een studieadviseur voor de nieuwe bacheloropleiding Data Science for Global Challenges en de bijbehorende master die al drie jaar draait. Per 1 mei mag ik daarmee aan de slag met een vaste aanstelling.’
Onderwijsdecaan Arnold Bregt begrijpt de zorgen van de docenten en kan ze niet helemaal wegnemen, maar legt uit dat die pijn die docenten bij leerstoelgroepen voelen niet hoofdzakelijk voortkomt uit de bezuinigingsopdracht van WUR. ‘Van de 80 miljoen euro die WUR structureel moet bezuinigen vanaf 2028, komt 7,3 miljoen voor rekening van het onderwijs. De bezuinigingen zijn verdeeld over vier categorieën: onderwijs geven, onderwijsondersteuning, onderwijsfaciliteiten en gebouwen zoals Aurora en studentenfaciliteiten. De eerste categorie (onderwijs geven) levert procentueel het minste, ongeveer 2,6 procent, ruim twee miljoen structureel per jaar. De andere onderdelen moeten procentueel dubbel zo veel inleveren. We sparen het primaire proces zoveel mogelijk.’
Studentenaantallen
Wat volgens Bregt financieel veel zwaarder weegt, zijn de dalende studentenaantallen. ‘Die cijfers dalen al een aantal jaar, maar de financiële gevolgen beginnen we nu pas te merken.’ WUR krijgt per student circa 15.000 euro per jaar voor onderwijs. Uit die pot krijgen docenten betaald voor de uren die ze lesgeven. Hoe minder studenten, hoe minder geld. Bregt: ‘Op dit moment staan we met de bachelor-vooraanmeldingen tien procent lager ten opzichte van vorig jaar. Grofweg lopen we daardoor twee miljoen euro mis. Dat is evenveel als het onderwijs moet inleveren met de bezuinigingsoperatie van WUR. Daarnaast dalen ook de inkomsten uit onderzoeksfinanciering. Veel leerstoelgroepen vegen onderzoeksfinanciering en onderwijsinkomsten op een grote hoop. Minder inkomsten bij de een worden met de ander gecompenseerd. Daar merken collega’s op de werkvloer nauwelijks wat van. Nu er aan beide kanten wordt geschrapt, ontstaan wel problemen omdat er daardoor bijvoorbeeld geen geld meer is voor aanstellingen.’
Bregt wil het geheel wel nuanceren. ‘Die 10 procent die we nu missen ten opzichte van vorig jaar gaat om ongeveer 150 studenten. We hebben 640 middelbare scholen in Nederland. Als op een kwart van die scholen één extra scholier voor Wageningen kiest, zitten we alweer op het niveau van vorig jaar.’
Werkdruk
‘Ik deel de zorgen van Marga’, zegt Eva Meijer, docent en lid van de WUR Council. ‘Ik zie om mij heen dat de bezuinigingen, ook al zijn ze feitelijk nog niet geïmplementeerd, al effect hebben op de werkdruk. Alleen al de wetenschap dat we straks met minder collega’s dezelfde hoeveelheid onderwijs moeten gaan geven, zorgt voor stress bij collega’s. Bovendien is de werkdruk onder docenten structureel te hoog, bleek al uit onderzoek van de arbeidsinspectie. De WUR Council wil de stem van docenten meer laten horen binnen de universiteit, ook vooraf bij het maken van beleid. Docenten vertegenwoordigen een belangrijk perspectief op onderwerpen als werkdruk, ontwikkelingsmogelijkheden en onderwijsvernieuwing. We blijven de komende tijd goed in de gaten houden wat er speelt onder docenten en hoe zij de bezuinigingen ervaren.’