Hoe ‘vinkgevoelig’ is WUR?

Ongemakkelijke waarheden tijdens de Diversity & Inclusion Week.
Joris Luyendijk Foto Guy Ackermans

Uitgekotst, afgefikt: toen Joris Luyendijk het boek De zeven vinkjes uitbracht, stak een storm van verontwaardiging op. Ook bij WUR trok de voormalige publiekslieveling geen volle zaal. Maar er gebeurde wél iets.

Wie denkt Joris Luyendijk wel dat hij is? Waarom moet uitgerekend híj privileges aan te kaak stellen?! Zo luidden ongeveer de reacties toen De zeven vinkjes uitkwam, Luyendijks boek over ‘hoe mannen zoals ik de baas spelen’, ofwel: privileges. De ene helft van zijn criticasters vroeg zich af waar Luyendijk als geprivilegieerde, witte man het lef vandaan haalde om het gedachtengoed te claimen waar vóór hem al zo veel minder geprivilegieerden aandacht voor vroegen. De andere helft maakte zich juist boos dat een ‘gewone witte man’ zó woke was geworden dat hij zich tegen hen keerde – wat bezielt die man?

Ook bij WUR stond niet iedereen te juichen dat uitgerekend hij was uitgenodigd om te spreken tijdens de Diversity & Inclusion Week. Afgeladen vol was het dan ook niet in Omnia – de zaal was driekwart gevuld, hooguit. Maar er gebeurde die avond wel wat.

Nog niet tijdens Luyendijks observatie dat hoe hoger je komt in organisaties, letterlijk en figuurlijk, hoe saaier de kapsels en outfits worden. Evenmin toen hij de situatie cijfermatig schetste: dat Nederland evenveel mensen telt die functioneel analfabeet zijn als mensen met een universitair diploma. En dat de aanwezigen statistisch gezien minstens twee functioneel ongeletterden in hun vriendenkring moesten hebben. ‘Maar dat is niet zo, toch?’

Nul vinkjes

En zo zaagde en prikte Luyendijk door. Over de ongemakkelijke waarheid dat sociale klasse er enorm toe doet, ook al pretenderen we van niet. ‘Vraag het maar aan de kinderen van de working class, of de kinderen van boeren’, betoogde Luyendijk. ‘Vraag het zeker ook aan de ‘stapelaars’, die met ijzeren wilskracht het trapje mavo-havo-vwo-hbo-universiteit hebben afgelegd omdat ze door hun afkomst altijd zijn ondergeadviseerd door het schoolsysteem – en nooit overgeadviseerd, zoals ik. En die dan in de academische wereld alsnog niet voor vol worden aangezien, want ze zijn touched by hbo.’ De studerende kinderen van migranten noemde hij ook, steevast overgeslagen door headhunters wegens ‘gebrek aan buitenlandervaring’. ‘Alsof een leven lang schakelen tussen culturen je daarin niet veel vaardiger maakt dan een halfjaartje exchange.’

Er zijn ook mensen met nul vinkjes

‘The world is designed by them, for them’, zo vatte hij de machtspositie samen van de zevenvinkjesmannen en zesvinkjesvrouwen. De implicaties daarvan werden echt goed invoelbaar met alle aanwezigen staand in de zaal en Luyendijk die aftelde: ‘Iedereen met zeven vinkjes gaat zitten. Nu de zes vinkjes. De vijf’. Bij één vinkje wilde hij stoppen, maar een vrouwenstem nam het woord – een WUR-student, maakte ze duidelijk. ‘Er zijn ook mensen met nul vinkjes’, zei ze. ‘Ik ben zo iemand. Mensen hebben geen idee hoe moeilijk dat is; hoeveel drempels je dan moet overwinnen.’ Ze gaf een aantal voorbeelden en wendde zich tot Luyendijk. ‘Ik ben je ontzettend dankbaar dat iemand zoals jij dit onderwerp adresseert. Naar jou wordt geluisterd. Niet naar mij. Iedereen beweert altijd dat Nederland eerlijk, open-minded en vol gelijke kansen is. Maar geloof me, als je te weinig vinkjes hebt, is dat absoluut niet waar.’

Lees ook:

Leave a Reply


Je moet inloggen om een comment te plaatsen.