V.l.n.r.: Marianne van de Wouw, Anne Grundlehner en Elke de Leeuw. © Wageningen Beasts
Behalve Van de Wouw zijn ook Anne Grundlehner (22, student Biologie) en Elke de Leeuw (20, student Internationale Ontwikkelingsstudies) in actie gekomen op de wereldkampioenschappen. Van de Wouw in de klasse tot 52 kilo; Grundlehner in de klasse tot 63 kilo en De Leeuw in de klasse tot 72 kilo. Voor alle drie was het de eerste internationale wedstrijd.
Marianne van de Wouw. © International Powerlifting Federation
De Beasts zijn samen met drie krachtsporters van het Utrechtse Obelix naar Tartu gevlogen. ‘Als Team Nederland zijn we dus met z’n zessen’, zegt Van de Wouw. ‘We helpen elkaar met opwarmen en zorgen dat degenen die een wedstrijd hebben zo min mogelijk stress hebben. Zaterdag vliegen we weer terug.’
Squat, Bench, Deadlift
Tijdens het WK doen deelnemers drie oefeningen: de squat, de bench (bankdrukken) en de deadlift. Van de Wouw squatte 102,5 kg; drukte 50 kg op de bench; en eindigde met een deadlift van 132,5 kg. ‘Bij bankdrukken en deadliften heb ik een nieuw persoonlijk record (pr) gevestigd. Ook mijn totaalscore was een pr.’ Van de Wouw’s deadlift was goed voor de derde plek in de gewichtsklasse, maar met de squat en de bench erbij eindigde ze uiteindelijk net naast het podium als vierde van de twaalf.
Squat…
Squat door Anne Grundlehner. © International Powerlifting Federation
…bench…
Bench door Marianne van de Wouw. © International Powerlifting Federation
…en deadlift
Deadlift door Elke de Leeuw. © International Powerlifting Federation
Grundlehner squatte 80 kg, drukte 60 kg op de bench en deadlifte 117,5 kg. Daarmee eindigde ze als zestiende van de achttien in de klasse tot 63 kilo. Op alle onderdelen heeft ze een wedstrijd-pr behaald.
De Leeuw squatte 122,5 kg, drukte 60 kg op de bench en deadlifte 145 kg. Daarmee eindigde ze als twintigste van de vierentwintig in de klasse tot 72 kilo.
Vakantie?
Hebben de studenten tijd om iets van Estland te zien? Van de Wouw: ‘Op donderdag is er tijd om de stad te verkennen, en we hebben wel vrije ochtenden en avonden. Maar we zijn hier toch vooral voor de wedstrijd. Dus écht het land zien: nee. Maar de stad wel.’
‘Als je mee kan doen aan een internationale wedstrijd, dan laat je die kans gewoon niet schieten’, vervolgt Van de Wouw. ‘Ik doe dit veel liever dan op het strand liggen. Je ontmoet leuke mensen en iedereen moedigt elkaar aan. De spanning, de adrenaline. Dat vind je niet op het strand.’
Tandje lager
Ook na het WK trainen de dames gewoon door, vertelt Grundlehner. ‘Anders verlies je kracht. Dat is zonde van het werk dat je er in hebt gestoken.’ Wel gaan ze het iets rustiger aan doen de komende tijd. ‘Normaal train ik vijf á zes keer per week’, aldus Grundlehner. ‘Dat wordt nu denk ik één of twee keer minder.’