Voor het eerst hebben de bezuinigingen bij WUR een getal gekregen: vandaag heeft het bestuur bekend gemaakt dat er tot 2028, 130 tot 180 banen zullen verdwijnen bij de ondersteunende diensten. Het betreft de centrale stafafdelingen, waaronder Facilitair Bedrijf, CS+ en ESA.
Vandaag hebben medewerkers van de afdelingen dat te horen gekregen. De bezuinigingen zijn onderdeel van WUR’s marsroute om een verwachte vermindering van 80 miljoen euro aan onderwijs- en onderzoekfinanciering op te vangen. Op dit moment werken er 1.400 mensen bij de afdelingen.
De raad van bestuur heeft de bezuinigingsplannen ter beoordeling voorgelegd aan de medezeggenschap. De voorgestelde maatregelen treffen vooral centrale stafdiensten, het Facilitair Bedrijf en CS+ (onder meer Corporate Communcation & Marketing, Human Resources en Finance), waarmee WUR ongeveer 35 miljoen euro bespaart. De resterende 45 miljoen zal de komende twee jaar moeten worden bezuinigd op gebieden die direct door de financieringsvermindering vanuit het ministerie van LVVN en het onderwijsministerie OCW worden geraakt, dus ook onderzoek en onderwijs.
Impact beperken
‘Maar door nu te bezuinigen op de ondersteunende diensten, helpen we de impact op onderwijs en onderzoek zoveel mogelijk te beperken’, zegt WUR-bestuursvoorzitter Sjoukje Heimovaara. Ze benadrukt dat deze preventieve maatregelen, hoewel pijnlijk, noodzakelijk zijn om de raison d’être van WUR te beschermen. Bestuurslid Rens Buchwaldt – verantwoordelijk voor de portefeuille financiën: ‘De vraag en de behoefte en de noodzaak voor de dingen die we hier doen – denk aan klimaatonderzoek of research naar biodiversiteit – is nog nooit groter geweest. Alleen de politieke wil om daarin te willen investeren, staat dus onder grote druk.’
Het is niet zo dat we ergens gouden kranen afschroeven
Bestuursvoorzitter Sjoukje Heimovaara
Hoewel het financieringstekort met name komt uit bezuinigingen in de begrotingen van de ministeries van OCW en LVVN, zal WUR hoe dan ook de uitgaven moeten aanpassen. Buchwaldt verwacht de financieringsdruk ook vanuit de publieke en private partners komen die investeren in Wagenings onderzoek aan de research-kant. ‘Daarnaast dalen de studentenaantallen in Nederland terwijl de loonkosten blijven stijgen.’
Niet pijnloos
De bezuinigingsmaatregelen geven al ingezette bezuinigingen een permanent karakter. Dit betekent bijvoorbeeld minder geld voor onderhoud van gebouwen en het campusterrein – ‘het groen in de tuin kan wat wilder’ – mogelijk verdere beperking van openingstijden en een beperking in dienstverlening van stafdiensten. ‘Dit is zeker niet pijnloos’, aldus Heimovaara, ‘want het is niet zo dat we ergens gouden kranen afschroeven. De diensten waar we nu op vertrouwen – die het onderzoekers en docenten makkelijker maken – worden beperkt.’ Buchwaldt: ‘En dat is ook hard voor de mensen die nu een acht scoren op hun dienstverlening. Wij zeggen nu: het moet toch met minder. Een zeven is voldoende.’
Hoewel het bestuur telkens opnieuw benadrukt onderwijs en onderzoek zoveel mogelijk te gaan beschermen, zullen medewerkers ook daar de impact gaan voelen de komende jaren, vanwege de 45 miljoen aan bezuinigingen die nog niet zijn ingevuld. Momenteel zijn daar geen plannen voor om bijvoorbeeld specifieke opleidingen te schrappen, aldus Heimovaara. ‘Maar je zou kunnen denken aan de meer kostbare aspecten van het onderwijs zoals practica, veldwerk en excursies die kritisch worden bekeken.’ Die aanstaande bezuinigingsronde gebeurt zorgvuldig en in samenspraak, aldus de bestuursvoorzitter: ‘We worden al twintig jaar door studenten als beste universiteit beoordeeld en dat willen we zo houden.’ Vooralsnog zullen studenten niet veel merken van de financiële tegenwind, aldus de voorzitter.
Medezeggenschap aan zet
De RvB hoopt een deel van het banenverlies te realiseren via natuurlijk verloop zoals pensioneringen, maar dat zal niet genoeg zijn. Sommige afdelingen krijgen te maken met onmiddellijke bezuinigingen, terwijl andere tot drie jaar de tijd krijgen om aanpassingen door te voeren. Individuele medewerkers zullen pas meer horen over specifieke gevolgen voor hun baan nadat de medezeggenschap de plannen heeft beoordeeld. Naar verwachting zal die begin juli advies uitbrengen. Daarom kan het bestuur op dit moment nog niet concreet worden over wie of welke afdeling het betreft.