Tekst Machteld van Kempen
WUR is zeer divers; er werken en studeren honderden internationals. In de rubriek Meanwhile in vragen we een van hen te reageren op een gebeurtenis in het thuisland. Deze keer vertelt Omnia Elgunaid Hassan Mustafa (22), masterstudent Governance of Sustainability Transformations, over de humanitaire crisis in Soedan.
‘In Soedan is momenteel de grootste humanitaire crisis op aarde gaande. Meer dan 15 miljoen zijn ontheemd en er is hongersnood, de ergste in 40 jaar. De media gebruiken vaak de term ‘de vergeten oorlog’ als ze het over de oorlog in Soedan hebben. Maar hoezo vergeten? Wij, de mensen die het meemaken, vergeten niets. De wereld kíest ervoor om te vergeten. Andere landen ontlopen hun verantwoordelijkheid door de oorlog te bestempelen als een burgeroorlog en een intern conflict, ook al zijn er inmiddels veel landen bij de oorlog betrokken. Het is een luie manier van verslaggeving die leunt op ontmenselijking van de taal.
‘Ik vind het moeilijk om hier te zijn. Het is net alsof ik geen ruggengraat meer hebt, geen thuisland meer om naar terug te keren. Ik heb ook last van ‘overlevingsschuldgevoel’ en ik vind het moeilijk om het nieuws bij te houden. En daar voel ik me ook schuldig over, alsof het me niet kan schelen.
‘Als er thuis geen oorlog zou zijn, zou ik mijn leven hier heel anders ervaren. Ik zou hier graag zonder zorgen en trauma’s naartoe zijn gekomen en net als anderen naar mijn land teruggaan in de vakantie. Maar ik ben wel dankbaar dat ik de problemen die ik door de situatie ervaar, weet te trotseren.
‘Nu ik hier woon, heb ik behoefte aan contact met mensen die weten wat oorlog is. Mensen die geen oorlog en conflicten hebben meegemaakt, gaan het gesprek erover liever uit de weg en weten niet wat ze moeten zeggen.
‘Ook Afrikanen zijn het waard om te helpen, net als alle andere oorlogsslachtoffers. Onze levens zijn geen wegwerpartikelen en deze oorlog is niet ‘gewoon weer een conflict in Afrika’. Afrika is een echte plek met echte mensen die met dromen, ambities, families en geliefden.’